Woordpakket 14 derde leerjaar (herhaling) © Johan Lagae

Vul de juiste oplossing in het 'venster' in.

Let goed op dat je correct typt.
De computer houdt ook rekening met spaties.
Gebruik als komma een echte komma.
draait, vandaag, haai, draag, saai,
gloeien, groeit, zondag, oei, omhoog,
gooit, slag, kooien, lach, vlieg,
nooit, pech, boog, zich, dwerg.

1. Zoek een pakketwoord dat rijmt op deze woorden.

maait
snoeien
lieg
gooien
berg
mag


2. Vul de letters van de volgende woorden op de passende plaats in.
Schrijf daarna de woorden nog eens voluit.

kooien - dwerg - pech - roeiboot - gloeien


3. Vul aan met g of ch en schrijf het volledige woord nog eens over.

Hij verveelde zi op school.
Een mu maakt veel geluid.
Mijn haar is al helemaal droo.
Mijn vader had pe met de auto.
Op woensda is er maar een halve dag school.

4. Maak de woorden volledig door de dcijfers door de juiste letters te vervangen.
1 = aai ----- 2 = oei ----- 3 = ooi

s1e
m3er
fr1
h3
k2en
g3den
gr2t
kr1