TVT5, 18 (verdieping)

Vul de juiste oplossing in het 'venster' in.

Let goed op dat je correct typt.
De computer houdt ook rekening met spaties.
Gebruik als komma een echte komma.
- Woorden met th correct schrijven, bv. thee, theater, katholiek, thuis, althans (L.3.24.2)
- De vrije klinker ie al i geschreven correct schrijven in woorden zoals fabrikant, januari (L.1.6.1)
- Woorden uitgesproken met s(ie) als t(ie) geschreven correct schrijven, bv. actie, politie.
- Woorden uitgesproken met k geschreven als c correct schrijven, bv. speculaas, dictee (L.3.15)
- Hoogfrequente niet-klankzuivere woorden correct schrijven (Sp2)

Woordpakket 18
apotheek - automobilist - acties - casino - fabrikant -
thuis - paasvakantie - product - heli - festival -
theater - insect - kathedraal - juni - politiekantoor -
klimaat - horizontaal - club - thee - tractor -

1. Noteer de juiste vorm van het werkwoord.

fietsen ----- Wij vorige week wel vijftig kilometer.
verwennen ----- Oma vandaag haar kleindochter.
kopen ----- Ik gisteren een geschenkje voor mijn vriend.
zagen ----- Vader heeft de plank in stukken .
verbinden ----- De receptionist ons met de directeur.

2. Bouw een woord uit het pakket door stukjes van beide woorden samen te nemen.
De stukjes komen niet altijd overeen met een lettergreep.
Schrijf de woorden drie keer.
Voorbeeld:
activiteit - precies ----- acties - acties - acties

inspuiten - perfect ----- - -
profiteren - viaduct ----- - - -
videocassette - dinosaurus ----- - - -
festiviteiten - valkuil ----- - - -
trachten - storm ----- - - -
klimplanten - granaat ----- - - -
fabriceren - kantoor ----- - - -
herstel - deciliter ----- - - -

3. Zoek de woorden uit het woordpakket. Enkel de klinkers zijn gegeven.
Schrijf de woorden drie keer.

a o e e ----- - - -
e a e ----- - - -
a i e ----- - - -
a a a a i e ----- - - -
e e ----- - - -
a u o o i i ----- - - -
u i ----- - - -
u i ----- - - -
o i o a a ----- - - -
u ----- - - -
o i i e a o o ----- - - -
a e a a ----- - - -

4. Maak vier samenstellingen met vakantie en vier met politie.
Gebruik volgende woorden of woorddelen:
paas - kantoor - wagen - herfst -
agent - kerst - verkeers - woning -

Met vakantie:
- - -

Met politie:
- - -